top of page

Exclusief Interview Hirokazu Kore-Eda

Hirokazu Kore-Eda

De film Our Little Sister is een verfilming van de Manga-strip Umimachi Diary. Dit is niet de eerste keer dat u een Manga verfilmd. Eerder deed u dit met de film Air Doll (Kûki Ningyô) uit 2009. Is het niet veel moeilijker om een strip te verfilmen dan dat u zelf het scenario schrijft?

In het merendeel van mijn films werk ik met een origineel scenario op een paar uitzonderingen na. Our Little Sister is er één van. Het is misschien iets moeilijker om te werken vanuit een Manga, maar ik werk er heel vrij mee. Ik ben zeker niet volledig trouw aan het origineel. Natuurlijk ga ik uit van de vier hoofdpersonages, de vier zuster, maar verschillende dialogen en episodes bedenk ik zelf. Deze werkwijze is voor mij vrij identiek aan de film Nobody Knows (Dare Mo Shiranai uit 2004 red.). Bij deze film ging ik weliswaar uit van een waargebeurd feit, niet van een strip. Ik gebruikte dat ook meer als inspiratie en niet zo zeer iets waar ik mij helemaal trouw aan moest houden.

 

Wat ik mooi vind aan uw films, ook bij Our Little Sister, is dat u vooral het Japanse dagelijks leven verfilmd. Voor mij als Europeaan is het een prachtige inkijk in de Japanse cultuur. Is dit ook een bedoeling van u: de wereld een cultuur laten zien waar u trots op bent?

Eerlijk gezegd ben ik er juist bang voor dat het buitenlandse publiek denkt dat mijn films de Japanse cultuur vertegenwoordigen. Mijn films zijn geen neutraal beeld van de Japanse werkelijkheid. Het is een door mij bedachte werkelijkheid en maar een deel van mijn cultuur. Ik hoop dat als je meer van Japan wilt weten, je dan breder kijkt dan mijn films.

 

De vier actrices die de vier zusters spelen zijn natuurlijk heel belangrijk voor de film. Ze hebben als taak om uw film over te brengen op het publiek. Kunt u iets vertellen over de casting van deze actrices? Was het moeilijk om deze actrices te vinden of wist u gelijk al wie u wilde gebruiken?

Ik heb eerst het volledige scenario geschreven voor ik na ging denken over acteurs. Daarna ben ik uitgegaan van de oudste dochter Sachi. Daar heb ik de actrice Haruka Ayase voor gekozen in een totaal andere rol als wat zij normaal speelt. Zij speelde daarvoor namelijk vooral romantische komedies. Zij zet in Our little Sister een vrouwbeeld neer als oudste dochter. Doordat zij een instabiele moeder heeft is zij eigenlijk heel vroeg zelf moeder geworden over de andere zussen. Daartegenover heb ik de tweede dochter (Chika, actrice Yoshino red.) gezet als contrast. Zij is de onverantwoordelijke zus die vooral aan het feesten is. De derde dochter (Kaho red.) is een totaal ander persoon, net als in de Manga. Zij draagt andere kleding en gedraagt zich anders en heeft een vreemd vriendje. Voor haar heb ik een actrice gekozen die ook een totaal ander ritme van spelen heeft als de anderen. Als laatste heb ik de jonge actrice Suzu Asano gekozen. Die heb ik uitgekozen op basis van audities en daar heb ik echt een maand voor uitgetrokken.

 

Als voorbereiding op dit interview heb ik een aantal andere interviews met u bekeken en wat mij opvalt is dat u veel praat over uw eigen vaderschap. In hoeverre heeft uw eigen vaderschap uw manier van regisseren beïnvloed?

De grootste verandering is het perspectief van waaruit ik films ben gaan maken. Tot en met Still Walking schreef ik vanuit het perspectief van een zoon. In mijn laatste films is dat het perspectief van de ouder geworden. Ook in Our Little Sister film ik vanuit een vaderstandpunt die naar zijn dochters kijkt.

 

Een belangrijk thema in uw films is leven en dood. In Our Little Sister maken wij twee begrafenissen mee. Kunt u iets meer vertellen over dit onderwerp in uw films?

Ik weet niet of ik zoveel interesse heb in de dood. Ik heb wel interesse in de nabestaanden. Hoe gaan zij verder? Hoe ontwikkelen zij zich? Ik denk niet dat ik het onderwerp ‘dood’ zo nadrukkelijk afgebeeld heb in Our Little Sister. Ik heb meer proberen te verbeelden dat als je iets kwijt raakt, je ook iets terug krijgt. Bijvoorbeeld tijdens de eerste begrafenis raken de zussen hun vader kwijt, maar krijgen hun jongste zus er voor terug. Ik heb geprobeerd te laten zien dat er vaak ook een positieve kant aan de dood zit.

 

Ik ben zelf opgegroeid met de Hollywood-cultuur. Pas later ben ik mij gaan verdiepen in films van andere culturen. Ik zie persoonlijk een groot contrast tussen uw films en de films uit Amerika en speciaal Hollywood. Ik ben benieuwd hoe u zelf tegen Hollywood producties aankijkt?

Mijn vorige film Like Father, Like Son (2013) was nog het meest gelijk aan een Hollywoodfilm. Een duidelijk verhaal waarin de personages een bepaalde hindernis in hun leven moesten overwinnen. Voor mijn doen was de structuur in deze film heel helder. Ik denk ook dat daarom de rechten van deze film ook aan Amerika zijn verkocht. In het geval van Our Little Sister ligt dit heel anders: de hele film speelt zich eigenlijk af nadat de grote gebeurtenissen al hebben plaats gevonden. De vader had een minnares, de ouders scheiden, de moeder hertrouwd en de vader overlijdt. Dit alles krijgen wij niet te zien. Wij zien hoe de familie met deze gebeurtenissen moet omgaan, maar op een ingehouden en kleine manier. We kijken naar veelal kleine emoties en er is ook geen grote climax. Dit alles is heel anders als de gemiddelde Hollywoodproductie en ik denk dan ook niet dat de rechten voor deze film aan Amerika verkocht gaan worden.

 

Is het moeilijk om in Japan de financiëring rond te krijgen voor een filmproject?

De algemene situatie in Japan is op dit moment niet heel positief. Er worden wel heel veel films gemaakt. Maar die gaan dan volgens het concept: Je pakt ergens een leuke Manga-Comic, je zoekt een paar populaire acteurs, dan komt er een pr-agency en een uitgeverij bij. Als laatste wordt er dan een regisseur bijgevoegd die de film mag maken. Voor deze structuur is geld genoeg. Ik werk op een heel andere wijze. Ik schrijf meestal mijn eigen scenario en wil daar een film van maken. Daar is veel moeilijker geld voor te krijgen. Alhoewel ik wel de luxe heb dat ik voor de projecten die ik wil doen, altijd genoeg geld bij elkaar heb kunnen krijgen. Hiervoor heb ik geen grote concessies moeten doen. Het zou anders worden als ik een heel ander genre zou willen gaan maken, bijvoorbeeld een groot historisch drama of een SciFi met veel special effects. Daar is veel meer geld voor nodig en dan zou ik misschien wel compromissen moeten maken.

 

Interviewer: Eli-Jan van Wijnbergen

 

 

 

Bekijk hier de trailer: 

bottom of page